Kijk jij altijd iemand in de ogen als je praat? Of kijk je weg omdat je het akelig vindt om iemand recht in de ogen te kijken en vooral, om terug bekeken te worden? Hoe voel je je er zelf bij als je met iemand in gesprek bent en die persoon je niet aankijkt? Kwestie van je boodschap duidelijk te maken en een aangenaam gevoel van contactname te creëren, is oogcontact tijdens het communiceren een belangrijke factor.
Let er eens op hoe weinig oogcontact er soms gemaakt wordt in je privéleven, op de werkvloer, … en welke (positieve) impact het heeft op je manier van communiceren als je de ander wél wat vaker aankijkt. Ook interessant is om erop te letten hoe vaak (of hoe weinig) je anderen aankijkt terwijl je met hen in gesprek bent en waarom je dat dan wel of niet doet. Redenen om geen oogcontact te maken zijn bijvoorbeeld angst voor kritiek of veroordeling door de ander, een indringende blik terugkrijgen, een boze blik terugkrijgen, schaamte om iets wat je gedaan hebt of omdat je aan het liegen bent, het is te vermoeiend, je bent bang dat de ander je te zeer kan ‘lezen’ of doorgronden, in je cultuur is het niet netjes om de ander in de ogen te kijken terwijl je aan het praten bent, …
De ander aankijken terwijl je iets zegt, een punt maakt of iets uitlegt kan je boodschap net meer ondersteunen. Het doet je zelfzekerder overkomen en geeft de ander de indruk dat je daadwerkelijk achter de boodschap staat die je brengt. Zeker bij sollicitatiegesprekken en in gesprek met collega’s en je leidinggevende kan oogcontact je dus helpen wanneer je de ander wenst te overtuigen of wanneer je je standpunt wil duidelijk maken.
Wel is het zo dat oogcontact maken je ook een kwetsbaar gevoel kan geven. Het lijkt wel alsof die ander je gedachten kan lezen (wat natuurlijk niet mogelijk is) of door de combinatie van je lichaamstaal én het oogcontact je meer weet te doorgronden dan jou lief is. Of je bent bang voor de reactie van de ander: het is misschien akelig voor je om je standpunt weer te geven en daar ook nog eens oogcontact bij te maken. Dan stel je je helemaal kwetsbaar op. Een ‘nee’ of negatieve feedback lijkt dan nog moeilijker om mee om te gaan. Toch ga je zien dat net door de ander aan te kijken als je je boodschap brengt, je meer respect krijgt, betrouwbaarder en soms ook sympathieker gevonden wordt en er meer rekening met je wordt gehouden. Oogcontact kan ook helpen in het kader van assertiviteit: je rug rechten, de ander recht in de ogen kijken en rustig zeggen wat je te zeggen hebt en voor jezelf opkomen.
Tips bij het maken van oogcontact:
- Focus niet zozeer op wat de ander van je gaat denken, maar op de boodschap die jij wenst over te brengen.
- Breng je boodschap niet verdedigend, maar op een rustige manier. Je doet hier niets verkeerd mee, door gewoon je mening aan te geven.
- Vind je het akelig om iemand recht in de ogen te kijken, kijk dan tussen de ogen of naar het voorhoofd van deze persoon (zo lijkt het alsof je iemand toch in de ogen kijkt).
- Hou ook oogcontact als de ander aan het woord is. Zo laat je zien dat je echt aan het luisteren bent.
- Let op dat je niet te indringend (of opdringerig) kijkt, omdat je zenuwachtig bent bijvoorbeeld. Dat doet mensen net wegkijken en is voor hen onaangenaam. Oogcontact in een gesprek draait om respect, elkaar de ruimte geven maar toch duidelijk maken wat je te zeggen hebt.
- Laat je niet meedrijven door je gedachten, maar blijf met je aandacht in dit moment terwijl je de ander aankijkt.





